Meng de bloem, gezeefde cacao, suiker en boter in de keukenmachine.

Voeg de eidooier en het water toe en druk op de pulseknop tot alles gemengd is.

Kneed het deeg op een met bloem bestoven aanrecht tot het soepel is.

Maak er een platte schijf van en verpak het in plasticfolie. Laat 30 minuten rusten in de koelkast.

Kneed het deeg nog even goed door en rol het op een met bloem bestoven aanrecht uit tot een dikte van ongeveer 3 mm.

Steek rondjes uit met een uitsteker en druk het voorzichtig in de bakring en tegen de randen aan. Zet de bakringen op een met bakpapier beklede bakplaat die in de koelkast past.

Snijd deeg dat boven de ring uitsteekt netjes met een mes weg en prik wat gaatjes in de bodem.

Zet de taartjes voor het bakken nog een half uur in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 160 graden en vul de taartjes met een stukje bakpapier en een steunvulling zoals gedroogde peulvruchten.

Bak de taartbodems 12 minuten en vervolgens nog 3 minuten zonder steunvulling.

Smelt voor de vulling de chocolade au bain marie en verwarm in een steelpan de slagroom en melk tot het kookpunt.

Klop het ei los met het warme roommengsel en meng dit door de chocolade.

Verdeel de vulling over de chocoladebodems en bak de taartjes nog eens 20 -25 minuten tot ze net gestold zijn.

Laat de tartelettes afkoelen op een rooster en week ondertussen de gelatine in koud water.

Schil de bloedsinaasappels boven een kom en zodanig dik dat je het vruchtvlees zonder vlies krijgt. Snijd hier mooie partjes uit en knijp de rest uit boven de kom.

Breng het sap met de suiker aan de kook en los hier de gelatine in op.

Verdeel de partjes bloedsinaasappel over de chocolade taartjes en bestrijk met het gelatinemengsel.